Over tijd

Was hij even ongeduldig geweest als zijn grote zus, dan was onze tweede gisteren al ter wereld gekomen en zaten we hem nu aan te staren. Helaas. Hij doet het rustig aan en zit de hittegolf liever binnenskamers uit. Zou deze dan toch meer op mij lijken? Niets overhaast, gewoon volgens de afspraken, misschien een fractie te laat zelfs. Vorige week wist ik nochtans zéker dat hij in aantocht was: losse gewrichten, een waggelpas, plotse slapeloosheid en bijhorend humeur, geen twijfel aan. Ik trof nog snel wat extra voorbereidingen, maar het was blijkbaar om te lachen. Toch al één vaderlijk trekje.

most-months-have-30-or-31-days-except-the-last-month-of-pregnancy-which-has-1458-days-02b14Het is een rare periode, die laatste weken. Alsof ik zit te wachten op een belangrijk telefoontje dat over een minuut maar ook pas over 10 dagen kan komen. Eentje waar ik naar uitkijk, maar in hetzelfde moment ga vervloeken want raakt de vroedvrouw op tijd waar ze moet zijn en zorgt iemand intussen goed voor onze peuter en de pijn en het bloed en alles zal toch ok verlopen en hoe moest dit ook weer en zijn we niets vergeten te regelen?

Dat ik vorige keer overwoog om een playlist te maken doet me nu glimlachen. Niks mis mee, het is een fijn projectje om die laatste dagen te vullen en er zijn ongetwijfeld al vrouwen heel gelukkig akoestisch bevallen. Maar ik heb op geen enkel moment in het ziekenhuis gedacht ‘Dit zou stukken beter verlopen met een streepje synthesizer. Skip eens naar Kylie Minogue, schatje’. Ik had één missie en geen mentale ruimte voor randanimatie. Nee, mijn grote steun – naast mijn man, de medische mensen en af en toe een slokje water – was de klok. Voor we naar het ziekenhuis vertrokken was er de timer op mijn gsm: ik telde elke wee voorbij, telkens een kleine minuut. Ik zag die dag een tijdslijn vol kleine blokjes voor me en met elke kramp en elk kwartier wist ik dat ik weer een beetje opgeschoven was richting einde van deze uitputtingsslag. Dat idee hielp me vroeger al tijdens de examens: ‘Wat er ook gebeurt, over x aantal uur is het voorbij en dat moment komt’.

Ondanks mijn ongeduld en gesakker van de voorbije dagen is de kans groot dat dit de laatste zwangere dagen uit mijn leven zijn en zou ik deze periode eigenlijk moeten koesteren in plaats van de tijd vooruit te wensen. Alles verloopt goed en dat is van onschatbare waarde. En ‘het gaat toch allemaal snel, madam’. The days are long but the years are short, zo dat. Het lijkt nog niet zo lang geleden dat we onze dochter voor het eerst zagen en die kan intussen alleen de trap op en af terwijl ze tegelijk de kat onder zijn voeten geeft. Bovendien gaat ze – al dan niet van harte – weer naar de crèche en is er warempel TIJD. Om te douchen, om wat administratie af te prutsen en om eens rustig (ja, de waggelpas is niet weggegaan) naar de winkel te slenteren. Eens haar broer er is, dondert onze kajak een nieuwe waterval af en gaan we maandenlang niet weten wat boven of onder is. Elke dag – en vooral nacht – zal uit pijnlijk korte blokjes bestaan. En onze oudste zal zich afvragen wanneer ze nog eens voltijds op ons kan rekenen, in plaats van on hold te worden gezet met ‘Een minuutje, schat, mama/papa moet eerst de baby even…’.

Sorry voor al onze bijgelovige acties de voorbije dagen om je op te jutten, baby. Je hebt groot gelijk, doe maar rustig. (Is dit een transparante poging om hem aan te porren zodat hij geboren wordt zodra ik dit bericht deel? 100%. Gaat het werken? Dat hangt er maar weer van af op wie hij lijkt.)

Plaats een reactie