Maandelijks archief: juni 2022

De meester begon weer

Verschijnen. Dat was alles wat hij moest doen om tienduizenden mensen het gevoel te geven dat ze op de juiste plaats waren, op het juiste moment. Op een paneel van StuBru zie ik staan: Party like it’s 2020, 2021 & 2022. Het heeft even geduurd, maar hier zijn we weer. En daar is hij.

En dat betekent iets. Niet alleen omdat hij een wereldster is. A true original, in een wit hemd met een roze strik en een glanzend roze broek, die uitgenodigd wordt op het Met Gala en Coachella platspeelt. Maar ook omdat ‘verschijnen’ voor veel mensen een loodzware opdracht is. Ook voor hem. Hij maakte er nummers over. Over er niet meer willen zijn. Over de zoektocht in het donker. Ondanks het succes, de prijzen, de jubelende artikels, de getalenteerde echtgenote, het kostbare kindje. Hij is er nog, godzijdank.

Quand y en a plus et ben y en a encore.

Ik vroeg me af wat hij voelde. Hij leek oprecht gelukkig om er te zijn, om grapjes te maken met het publiek. Hij had het onder controle. En wat waren wij blij om hem te zien en te horen. Zijn dansjes, zijn stijl, zijn belgitude. Met een welgemikte “Landgenoten: hartelijk bedankt” maakt hij er de mooiste zonsondergang in jaren van.

IWe zijn een speldenprik en, nu ik weer meer buiten kom kan ik het met zekerheid zeggen, uitmuntend middelmatig. Zoals iedereen, feitelijk. Onze rijkdom zijn mensen en waar we ze toe in staat laten zijn, als we moedig genoeg zijn om onze armen open te houden voor en onze schouders te zetten onder wat anders is, kleurrijk, vol, origineel, niet-macho, creatief, uitbundig, ambitieus, gelaagd – al die verrukkelijk ongemakkelijke shit waar een bepaald segment mensen het voor in hun broek doen, in paniek teruggrijpend naar wat ze kennen, naar wat beige en giftig is.

Een masterclass in kracht, in Nederlands met haar op. Grote onderscheiding.

Wreed is het, dat de meest rijke mensen vaak ook fragiel zijn. We mogen hem niet verpletteren – wat doe je, als je merkt dat tienduizenden blije mensen je toejuichen en je daar weinig bij voelt? – maar ik klap en dans mee, ik ben een deeltje van de golf liefde die hem overspoelt – hopelijk. En die weerkaatst op het publiek, waar ongetwijfeld mensen tussen staan die ook al overwogen hebben om de draad door te knippen. Of die voelen hoe ze uit elkaar vallen tijdens het nummer ‘Quand c’est?’. Maar die herbegonnen zijn en die vanavond kiezen voor mensen, muziek en leven. Hou vol, hou ons vast, en wij jou ook.

Hij bedankt uitgebreid. De band, de crew, de animator, zijn team, zijn broer, zijn vrouw, het management, de organisatie. Hij vraagt telkens een maximum de bruit, maar na de zoveelste vindt het publiek het stilaan welletjes. Is dat hier een aftiteling of zo? Zo snel hebben we het gehad met de kumbaya. We zijn hier toch om ons te amuseren, zeker? Of het dan niet belangrijk is, vraagt hij grijnzend, om iedereen te bedanken?

 Je ne suis pas certaine, que tu m’mérites.

Ik weet niet of België Stromae verdient, maar ik hoop dat hij nog jaren blijft. Hij moet nog ons zoveel leren. Merci Maestro.