Veel verschillende medeklinkers in één woord, dat is voor losers. En dus loopt Nan rond met een nonijn, rijden mensen voorbij op hun tiets, gaan dingen niet kapot maar patot en staat er een papetaai op haar lievelingstrui. Mijn persoonlijke favoriet, wegens heel schattig én geweldig nuttig, is ‘ni a-momen’. De gsm van mama, de box van de tv, alles wat scherp, heet, duur of ranzig vuil is: niet aankomen.
Nog een slordige, intensieve maand en een unieke periode uit mijn leven is finaal afgelopen. Ons klein kindje krijgt een nog veel kleiner exemplaar naast zich en als ik mag afgaan op hoe ze reageerde op de twee meest recente babybezoeken – huilen als ik de baby vasthield en op andere momenten het immobiele schaapje streng toespreken met ‘Nee baby!’ – wordt dat niet haar favoriete kindersurprise. Ik kan het haar niet kwalijk nemen. En ik kan haar al helemaal niet garanderen dat het allemaal dolle pret wordt, integendeel. We zullen moe zijn en onzeker en ongeduldig en overlopen van schuldgevoel en regelmatig foute keuzes maken.
Niet toevallig is ze de laatste maanden weer een pak tactieler geworden dan voordien. Miss ‘Laat mij doen’ wil weer vaker opgetild worden en ze valt sneller in slaap als ik haar nog even in mijn armen neem, in de schommelstoel naast haar bed. Terwijl haar ademhaling vertraagt, roert haar broertje zich. Zou het ongemakkelijk voelen, een peuter zo dicht in de buurt, of wil hij net doodgraag weten bij wie dat bazige stemmetje hoort dat de hele dag bomen en bussen loopt te begroeten? Ik vind het wel fijn, dat contact zoeken zonder bang te moeten zijn dat ze hem een oog uitsteekt of versmacht onder haar ribfluwelen mini-zeteltje.
Ik bekijk mijn hoogzwangere buik in de spiegel en besef dat ik er de voorbije maanden eigenlijk alleen vluchtig naar heb gekeken, terwijl ik de eerste keer elke subtiele fysieke verandering intens – en met lichte paniek want WAAR DE FOK EINDIGT DIT – bestudeerde. Sessies prenatale kine, een proefles zwangerschapsyoga (ugh), gespecialiseerde boeken lezen, een hoop infosessies over bevallen, er kwam deze keer helemaal niks van. Ik denk wel dat ik mijn buik even veel aangeraakt heb. Dat gaat vanzelf, gelukkig. Even hallo zeggen, of een ambetant voetje wegmasseren uit mijn ribbenkast. Absoluut wél aankomen.
Vandaag trakteerde mijn schoonzus me op een massage-sessie van een uur, terwijl zij babysitte. Een heerlijke ontsnapping. Om eerlijk te zijn was gewoon een uur alleen in die ergonomische stoel liggen, zonder meer, al een excellente behandeling op zich geweest. Maar gelukkig waren er ook lavendelcompressen en zorgvuldige aanrakingen en ademhalingsoefeningen. En de baby daarbinnen, hij reageerde mee. Elke keer opnieuw is de conclusie zo duidelijk: we zijn er als mensen op ingesteld om aangeraakt te worden. Het doet fundamenteel deugd om even uit je hoofd te komen, je spieren los te (laten) maken, de spanning te laten wegduwen door sterke handen die weten waar ze mee bezig zijn. We vinden het evident om baby’s te masseren als ze krampjes hebben, om overdonderde peuters in slaap te wiegen en door hun haar te strelen, om kleuters stevig te knuffelen als vast avondritueel, maar zelf vergeten we er te vaak om te vragen.